Mt 4:18-22
Terwijl Jesus langs het meer van Galilea wandelde, zag Hij twee broers het net uitwerpen in het meer: Simon, die Petrus wordt genoemd, en Andreas zijn broer; want ze waren vissers. Hij zeide hun: Volgt Mij, en Ik zal mensenvissers van u maken. Aanstonds verlieten ze hun netten, en volgden Hem. En toen Hij vandaar verder ging, zag Hij twee andere broers, Jakobus, den zoon van Zebedeüs, en Johannes zijn broer, die met hun vader Zebedeüs in de boot bezig waren, hun netten te herstellen; Hij riep ook hen. Onmiddellijk verlieten ze de boot en hun vader, en volgden Hem.